Het frêle poppetje

Kwetsbaarheid

Het frêle poppetje

In de wereld van de mannen wilde ze functioneren. Een echte dame. Jurkjes. Hakjes. Make-up. Ze had een doel voor ogen. De hoogste functie binnen de organisatie bereiken. De olifant in de porseleinkast.

Haar team had ze getraind. Getraind in gehoorzamen. Dit team had hetzelfde te doen met de subteams. Uitdaging.

Het frêle poppetje had ook verantwoording af te leggen. Aan de hoge bazen. Man. Geen vrouw.

Verdeel en heers had succes op de subteams. De kudde mensen is gedwee, Verslaafd aan gemak. Zekerheid. Schijnveiligheid.

De zwarte schapen lieten niet met zich sollen. Niet sollen. Ze verlieten een voor een de kudde. Weg.

Het een prediken maar het ander uitvoeren. Verdeel en heers. Makkelijk uitvoerbaar. Pesten. De zwarte schapen wegpesten.

Hand in eigen boezem steken? Niet aan de orde. De kudde heeft te volgen. Geen inbreng. We houden ze wel die worst voor. Geen autonomie.

Vervangen door nieuwe schapen. Makke schapen? Zwarte schapen?

De harde wereld. Daar wilde ze bij horen. Daar hoort ze bij. Inmiddels een van de hoge bazen.